Johannes Perquin
Johannes, geboren in Tiel, huwt in Arnhem met Maria Carolina Bastie.
Het kinderloze huwelijk is slechts van korte duur, Maria overlijdt in Wijk bij Duurstede op 17 maart 1820.
De negen en twintig jarige Johannes hertrouwt op 15 september 1825 in Tiel met de twintig jarige Anna Johanna Wilhelmina Rabeling, geboren in Arnhem, dochter van Bernard Rabeling en Petra Maria van Wetten.
Johannes heeft evenals zijn vader het beroep van meester horlogemaker.
Ook is hij organist en muziekmeester van de R.K. gemeente te Arnhem.
Uit het tweede huwelijk zijn tussen 1826 en 1840 drie dochters en vier zonen in Arnhem geboren.
Petronella Johanna Maria, de oudste dochter, huwt op 47 jarige leeftijd in Rotterdam met de zeven jaar jongere Adrianus Henricus van der Ven, geboren in Rotterdam, van beroep verver.
De tweede dochter, Christina Bernardina Hendrika, huwt op vier en twintig jarige leeftijd in Rotterdam met Carolus Paulus van Pelt, geboren in Breda en van beroep koperslager. Zij gaan in Rotterdam wonen.
Van deze dochter is het hiernaast afgebeelde bidprentje uit 1889.
Henriëtta Petronella Johanna Geertruida, het vierde kind uit het gezin, huwt met Antonius Moden, geboren in Rotterdam.
Ook zij gaan in Rotterdam wonen.
Johannes doet, op 71 jarige leeftijd, samen met zijn 37 jarige zoon, Hendrikus Bernardus Sebastianus Gijsbertus, beiden muziekmeester en wonende in Arnhem, op 4 juli 1867 aangifte van het overlijden van Anna Johanna Wilhelmina Rabeling in de ouderdom van 61 jaar en tien maanden.
Op 15 mei 1876 verklaren de 39 jarige schoonzoon Adrianus van de Ven en de 29 jarige Cornelis Docters van Leeuwen, beiden verver, dat Johannes Perquin, geboren te Tiel, zonder beroep, wonende in Arnhem, weduwnaar van Maria Cornelia Bastie en later Joanna Wilhelmina Rabeling, zoon
van Johannes Perquin en Johanna de Gier, horlogemaker, in de morgen van zondag 14 mei om half twaalf, in de ouderdom van 80 jaar in de Weerdjesstraat te Arnhem is overleden.