Francesco Porquin

Evenals veel Italianen uit het Italiaanse Lombardije gaat Francesco, de oudste zoon van Jacopo Porchini, op 20 januari 1529, samen met zijn jongere broer Lowys, naar de Nederlanden om zich daar als geldschieter te vestigen. Echter succes blijft uit en samen gaan ze vier jaar later, op 17 februari 1533, weer terug naar hun geboorteland.
Francesco is daar zijn verdere leven blijven wonen. Uit een akte, opgetekend in het kadaster van de wijk Arena, valt op te maken dat hij daar in het bezit moet zijn geweest van bouwland. In de korte tekst van die akte wordt hij "tupinerus" genoemd, hetgeen pottenbakker betekend. In 1560 is Francesco in zijn geboorte stad, Chieri, overleden.
Uit zijn huwelijk met Iannijnne Ruffin, dochter van Costa Rufinus, een poorter van de stad Chieri, zijn tenminste vijf kinderen geboren, Margarita, Magdalena, Jaques, Michiel en Francesco. Van zijn drie dochters is niets bekend. Zijn twee zonen Jaques en Michiel zijn ook naar de noordelijke gewesten vertrokken. Jaques, die evenals zijn ooms, Bernardijn en Lowys, tafelhouder was, trouwt met ene Anna. Hun zoon Francois huwt met Gertrude Pailly en oefend eveneens het beroep van pandjesbaas uit. Op 15 november 1608 wordt hij door de Raad van Vlaanderen wegens woeker veroordeeld. Aangenomen wordt dat er nog nakomelingen zijn te vinden in België en Nederland. Michiel, trouwt op 15 april 1564 in O.L.V. kerk te Antwerpen met Mayken Decker. In het Poorterboek van Antwerpen van 1533-1795 staat, op 27 mei 1565, Michiel Pourquijn, zoon van Francois, afkomstig uit Piemont, vermeld als koopman van ijzer. Van hem zijn geen nakomelingen bekend.